Kleurfilters kunnen voor verschillende doeleinden gebruikt worden. In dit voorbeeld gaan we een orange filter gebruiken samen met een instelling op het fototoestel.
Het instellen van de kleurbalans van een fototoestel is iets dat fotografen niet graag doen. Het is een instelling waarmee we geen natuurlijke voeling mee hebben. Als we op straat wandelen zien we wit licht. Komen we binnen, dan is het licht nog steeds wit. Toch zijn beide soorten "wit" verschillend. Onze ogen passen zich automatisch aan zonder dat wij het merken. Ook het fototoestel doet dat automatisch, en vaak is er zelfs geen instelling meer bij de basistoestellen.
In dit voorbeeld gaan we met de kleurbalans van het fototoestel spelen, en terzelfdertijd gaan we kleurfilters gebruiken. De bedoeling is een effekt van Day for Nignt (nuit américaine) te bekomen: de achtergrond is donker en heeft een blauw tintje (nacht), het model wordt belicht door het warmere licht dat uit een venster komt.
We stellen het fototoestel in kleurbalans = gloeilamp. Gloeilampen geven een gelig licht, het fototoestel zat dit dus compenseren door het beeld blauwer te maken.
In de studio geven de flitslichten een soort licht dat overeenkomt met daglicht. Het fototoestel dat ingesteld staat om met gleilamplicht te werken zal het beeld te blauw weergeven. De bedoeling is nu de overvloed aan blauw licht tegen te werken door geel/orange accentlicht.
De hoofdflitser (die het model belicht) krijgt een geel-orange filter. Er bestaan specifieke filters die gemaakt zijn om daglicht om te zetten naar gloeilamplicht. Deze filters worden CTO of Color Temperature Orange genoemd. Indien we zo'n filter voor de flitser plaatsen, dan zal die het soort licht uitstralen waarop het fototoestel ingesteld staat, namelijk gloeilamplicht.
In dit voorbeeld heb ik een nogal sterke oranje filter gebruikt, waardoor het effekt sterker uitkomt (zie de eerste foto als voorbeeld). De achtergrond wordt door de niet-gecorrigeerde flitsers belicht en heeft een blauwe schijn, terwijl het onderwerp vooral licht krijgt van de flitser met zijn oranje filter.
Men moet hier opletten dat de foto niet overbelicht is, want de sensoren worden gemakkelijk overstuurd door teveel geel licht. De huid heeft namelijk de eigenschap om infra-rode straling zeer sterk weer te kaatsen. Vooral als men met continu-licht werkt (gloeilampen) moet men daar op letten.
Het is mogelijk met andere kleurcombinaties te werken, door het fototoestel in te stellen op kleurbalans = flitslicht en alle flitsers uit te rusten met kleurfilters. Een aantal van deze keurcombinaties oogt echter niet mooi (met name groene en paarse tinten).
Een voorbeeld van wat mogelijk is wordt hieronder gegeven. Het model kijkt naar het gefilterd licht, terwijl de zwakkere overal verlichting niet gefilterd is.
Tegenwoordig bestaan er spaciale lampen waarvan de kleurtemperatuur ingesteld kan worden (graden Kelvin), maar waarbij men ook de kleur per kanaal kan instellen (rood-groen-blauw). Een voorbeeld staat rechts. Hier wordt er met continu-licht gewerkt (de lampen kunnen niet opboksen tegen de studioflitsers).
Het fototoestel staat nog steeds ingesteld op studiolicht (koude kleur), maar het model wordt belicht met de modelling lights van de studio flitsers (eerder gelig licht). De lichtstaven staan ingesteld op blauw licht.
Eenvoudigste methode om met kleurfilters te werken in de studio
In het algemeen is het gemakkelijk te werken met een "natuurlijke" flitser (zonder kleurgel) en de achtergrondflitser uit te rusten met een kleurfilter, bijvoorbeeld een blauwfilter. Deze methode zal men dan ook toepassen in de studio, buiten lukt het minder goed (eventueel een gekleurde lichttent...). Daarom dat je ook zou moeten experimenteren met kleurfilters op de hoofdflitser (dat is ook het geval als je een reportageflitser zou gebruiken).Men kan natuurlijk verder spelen met de manuele witbalans (die zou normaal op 5.5 kilokelvin moeten staan). Bij een blauwfilter op het omgevingslicht zal men de kleurtemperatuur verhogen indien het omgevingslicht teveel lekt naar het model (model te blauw). Daardoor kan men ook het kleurcontrast tussen model en achtergrond beter laten uitkomen.
Gebruik op reportageflitser
Een CTO-filter kan geplaatst worden op een flitser bij het fotograferen van mensen bij zonsondergang. De mensen worden vaak tegen het licht gefotografeerd, waardoor ze als donkere schaduwen op de foto verschijnen. Door extra te flitsen kan je de mensen uitlichten. Bij zonsondergang heb je een mooie orange gloed, maar de flitser geeft wit licht (daglicht), waardoor je goed kan zien dat er geflitst wordt. De gezichten zien er akelig uit, want het fototoestel heeft de overmaat aan orange licht gedeeltelijk gecorrigeerd waardoor het flitslicht te blauw wordt. Door een CTO filter op de flitser te monteren kan je ongeveer dezelfde kleur krijgen als bij zonsondergang.Hier moet je heelwat experimenteren, want je moet niet enkel de lichtintensiteit balanceren maar ook de kleurtemperatuur van zonlicht en flitslicht: de theorie achter het gebruik van kleurgels en enkele praktische toepassingen. Het instellen van de balans bij een TTL flitser staat hier uitgelegd (verhouding omgevinslicht en flitslicht).
Color Filter Orange
Continu-licht:
Modelling lights studio flitsers
en lichtstaven
De kleurgel wordt op de flitser gemonteerd.