De eerste filmemulsies waren enkel gevoelig voor blauw en ultra violet licht. Omdat deze kleuren slechts een beperkt spectrum bestrijken waren deze filmemulsies weinig gevoelig (ultra-violet licht werd tegen gehouden door het glas).
De fotografie bestaat reeds enkele jaren, maar we zitten nog altijd met zwart-witte afbeeldingen. Een bijkomend probleem is dat de zilverzouten enkel gevoelig zijn voor blauw en ultraviolet licht. Van ultraviolet licht hoeven we niets te verwachten, die wordt tegen gehouden door het glas (gelukkig). Maar dit betekent ook dat de filmemulsie zeer ongevoelig is: minder dan 10% van het zichtbaar licht wordt effektief benut.
De oorspronkelijke filmemulsie (zilverbromide) heeft een gele kleur: dit betekent dat de emulsie rood, orange, geel en groen reflecteert en enkel blauw en violet absorbeert.
Eerder bij toeval ontdekte Hermann Wilhelm Vogel dat bepaalde kleurstoffen de ontbrekende kleuren wel absorberen, en de energie doorgeven aan de zilverbromide kristallen. Hij had toevallig ontdekt dat een bepaalde kleurstof (aniline) die als anti-halo laag gebruikt werd en waarvan een deel de filmemulsie verontreinigd had de film gevoelig maakte voor groen licht.
Overigens is het niet zo dat alle mogelijke kleurstoffen de eigenschap bezitten om de zilverzouten te activeren: het aantal bruikbare kleurstoffen is zeer beperkt.
Maar de orthochromatische filmemulsie toont onechte beelden, met de blauwe hemel die bijna altijd wit is en de gezichten die veel te donker zijn, zie voorbeeld rechts.
Deze film was speciaal geschikt voor kunstlicht (toen voornamelijk gloeilampen die een gelig licht gaven). Door de wat grotere hoeveelheid kleurstoffen was de film zo gevoelig dat er onder natuurlijk licht gefotografeerd kon worden (zonder flitslicht). De mensen zagen er bleekjes uit, met wasachtige gezichten.
Superpan film wordt nog gemaakt (maar met een minder uitgesproken rood-gevoeligheid). De filmemulsie wordt gepromoot voor landschappen, waarbij het contrast op natuurlijke wijze verhoogd werd, een beetje zoals een gele filter, maar dan zonder het lichtverlies. Wegens de hoge gevoeligheid voor de huidstinten is de emulsie ook geschikt voor portrets.
De film heeft ook een beperkte gevoeligheid voor infra-rood en dergelijke fotografie was mogelijk door een speciale filter voor de lens te monteren.
We gaan even spelen met de verschillende (monochromatische) emulsies. De belichting wordt constant gehouden zodat het effekt beter zichtbaar is:
Orthochromatische film | Isochromatische film | Panchromatische film | Superpan | Originele scène |
---|
Deze films werden voornamelijk gebruikt door journalisten die snel foto's moesten kunnen maken in veranderlijke omstandigheden. Overbelichte en onderbelichte negatieven konden nog gered worden bij het maken van afdrukken, want alle helderheidsinformatie was correct opgenomen.
Omdat het resultaat een beeld was met relatief weinig contrast werden de emulsies enkel in specifieke toepassingen gebruikt. Fotografen die bewust met zwart-wit film werkten gaven de voorkeur aan filmemulsies met een hoger contrast, deze fotografen waren ook in staat de belichting correct in te stellen zodat onder en overbelichting niet voorkwam.
Het systeem met meerdere lagen werd wel gebruikt bij kleurennegatieven (die vooral door amateurs gebruikt werden). De meerdere lagen konden een overmaat aan bepaalde kleuren opvangen en toch een aanvaardbare foto produceren (bijvoorbeeld foto met gloeilampen, ondergaande zon, enz). De overmaat aan bepaalde kleuren werd weggefilterd in het labo bij het maken van afdrukken.
Deze laag wordt gevolgd door een gele filter, die kan vervallen bij instant fotografie, want de gele kleurstof is reeds aanwezig in de emulsie.
-