Manuele flitsers kunnen voor een paar euro's op ebay gekocht worden. De lichtsterkte is meestal aan de lage kant, maar het is ideaal om te experimenteren.
Het is niet de bedoeling dat al het licht door de flitser geleverd wordt: dit zijn meestal akelige foto's. Het effekt van een flitser mag nooit zichtbaar zijn.
Andere onderwerpen: Flitser met TTL lichtmeting en flitser met belichtingsautomaat.
Minpunten van dit systeem zijn dat je de opening voordurend moet aanpassen aan de afstand tot het onderwerp. In de tijd van mijn ouders was dit geen probleem, er werd precies één filmpje per vakantie geschoten (mijn ouders waren niet erg rijk). Maar dit systeem is bruikbaar met alle flitsers en je krijgt daardoor ook een beter inzicht in de werking van je fototoestel.
Een ander minpunt is dat de afstand van het onderwerp de opening bepaalt. Voor creative fotografie waarbij er met de opening gespeeld wordt is dit een minpunt. In het algemeen zal de flitser veel te sterk werken, waardoor je de laagst mogelijke gevoeligheid op je fototoestel moet gebruiken, maar ook de opening moet dichtdraaien. Het onderwerp zal goed belicht zijn, maar de achtergrond kan onderbelicht zijn, een kenmerk van amateur-fotografie.
De M-modus gebruik je ook met intelligente flitsers waarbij er communicatie is tussen het fototoestel en de flitser. De flitser zal automatisch zo sterk flitsen dat het beeld correct belicht wordt bij de aangegeven gevoeligheid, opening en sluitertijd.
Flitser op maximaal vermogen |
---|
Gebruik je het laag vermogen (ASA-waarde instellen met het gele driekhoek), dan moet je een opening van /2 gebruiken als het onderwerp op 4 meter staat. De flitser zelf moet je omschakelen naar laag vermogen, want hier ook heeft de rekenschuif enkel een visuele funktie.
In dit geval is het flitsvermogen redelijk laag, want er bestaan maar weinig lenzen met een opening van /2. Het verlaagde vermogen is echter heel goed bruikbaar bij portretfotografie (afstand tot het model van 2 meter) omdat er minder flitslicht nodig is. Als de flitser relatief zwak werkt gebruikt men grotere openingen (/3.5 in ons voorbeeld) en is er dus toch nog iets van de achtergrond zichtbaar Dit is ideaal voor portretfotografie: niet alleen is de achtergrond daardoor wat onscherp, maar er komt nog wat omgevingslicht in beeld. De flitser geeft enkel een beetje extra licht op het gezicht. Als je de ingebouwde lichtmeter in het fototoestel bekijkt, dan is het ideaal dat die een onderbelcihting van ongeveer een halve stop geeft.
Overigens worden de DIN-waarden (Deutsche Industrie Normen) niet meer gebruikt, en is de benaming ASA (American Standard Association) vervangen door ISO (International Standardization organisation).
Je gebruikt een grote opening voor portretfotografie en laat je het toestel de sluitertijd vrij bepalen. Het beeld licht onderbelichten (EV-1) indien je een flitser op laag vermogen gebruikt, sterk onderbelichten (EV-2) indien je een sterkere flitser gebruikt. Hier zal je een beetje moeten spelen met de parameters; bij betrokken hemel en/of dichtbij gelegen onderwerp zal de bijdrage van de flitser groter zijn (meer onderbelichten!) dan bij heldere hemel en veraf gelegen onderwerp. Op dit ogenblik zijn er nog maar weinig compact fototoestellen die over een hot shoe beschikken voor de aansluiting van een externe flitser.
Bij het gebruik van een reflextoestel zit je vast aan een maximale sluitertijd dat je niet mag overschrijden. Zet je fototoestel dus in shutter priority en stel die in op 1/250. Het toestel zal nu de opening bijregelen. Hier moet je ook onderbelichten om het effekt van de flitser tegen te werken. Bij een dedicated focal plane flitser zijn al deze instellingen overbodig, maar dergelijke flitsers zijn nogal duur. Voor je met een dedicated flitser zou gaan werken, zou je moeten leren werken met een normale flitser zodat je wat meer leert over het onderwerp.
De onderste flitser reikt tot 7m bij /2.8
(hoog vermogen) en tot
2.5m bij /2.8 op laag vermogen.
(bij een ISO-waarde van 100)
De waarde wordt bekomen door het bereik te vermenigvuldigen met de lensopening bij een ingestelde gevoeligheid van de sensor van 100ISO.
De eerste flitser (links) heeft een richtgetal van 22, de tweede (rechts) van 16, en de derde van 20 (hoog vermogen) en 8 (laag vermogen).
-