Fotografie

Prontor-Compur


Fotografie » TechTalk » Historisch » Prontor Compur

Een echte fotograaf, als die de afkorting "PC" tegenkomt, die denkt aan "Pronton-Compur", niet aan "Personal Computer".

De PC-aansluiting wordt gebruikt voor het aansturen van flitsers. Het kwam in zwang eind jaren '50: voordien had ieder fabrikant zijn eigen systeem. De PC aansluiting is verbonden met het sluitersysteem: Prontor en Compur waren allebei firma's die sluitersystemen maakten. Carl Zeiss nam de technologie over en gebruikte een gestandardiseerde connector.

In Engeland wordt de afkorting gebruikt voor "Poor Connection", maar dat heeft meer te maken met de Engelsen die de Duitse technologie niet vertrouwen, dan met de onbetrouwbaarheid van de verbinding.

Magnesium flitslampen en
Photoflash batterijen

In die tijd gebruikte men individuele magnesium flitslampen. De lamp is gevuld met een dunne aluminium en magnesium draad in zuivere zuurstof, later is men zirconium gaan gebruiken omdat de kleurtemperatuur van het uitgestraalde licht beter was (maar zirconium heeft meer tijd nodig om zijn maximale lichtintensiteit te bereiken). Bij de kleine flitslampen zit de zuurstof in overdruk om een helderde flits te bekomen, maar dit had tot gevolg dat het glas soms brak. Daarom werd het ballom door een plastieken folie omgeven zodat de glasscherven niet zouden rondvliegen.

De flitslampen voor zwart-wit fotografie waren doorzichtig, deze voor kleurfotografie hadden een blauwe tint om de kleur te compenseren (de verbranding produceerde geelachtig licht).

De flits werd ontstoken door een 15V Photoflash batterij. De batterij moet snel voldoende energie kunnen leveren om het metaal te verhitten zodat die gaat branden.

Als de batterij bijna leeg is, dan gaat de betrouwbaarheid van de ontsteking achteruit, vandaar de "poor connection". Vaak zit er een elko parallel over de batterij om de ontsteking te garanderen, zelfs met een batterij die bijna leeg is.

Tegenwoordig kan je de "Poor Connection" terugvinden in flitsmeters (om de flitser aan te sturen) of in triggers (afstandsbediening voor de flitser). Fototoestellen van de hogere prijsklasse hebben nog steeds zo'n connector. De flits synchronisatie is ook beschikbaar op de hot shoe die electrische contacten combineert met een mechanische bevestiging.

Zowel de Canon 50D als de 5D Mark III bezitten nog een Prontor-Compur aansluiting. Deze aansluiting maakt dubbel gebruik met het middencontact van de flitsdrager (hot shoe).

In het begin van de fotografie met flitser was er geen synchronisatie tussen fototoestel en flitser: men gebruikte vaak het systeem van "open flash": het fototoestel op een statief, de sluiter werd open gezet, men liet de flitser afgaan en dan werd de sluiter opnieuw gesloten.

De PC- of sync aansluiting moest rekening houden met de eigenschappen van de aangesloten flitsers. De flitslampen hebben een tijd nodig om hun volle lichtintensiteit te bekomen. Daarom wordt het electrisch contact gemaakt vòòr dat de sluiter volledig open is. Volgende types waren in gebruik (sommige fototoestellen hadden twee sync-aansluitingen, bijvoorbeeld M en X):

  • M (Medium) voor flitslampen die hun maximale lichtintensiteit bereiken na ongeveer 25ms. Dit zijn de individuele flitslampen die in een grote reflektor gemonteerd worden en een hoge lichtintensiteit bereiken: ze werden gebruikt door persfotografen in de jaren '50 (de paparazzi). De lampjes geven pas licht na 5ms en doorgaans werd de electrische puls gegeven juist voordat de sluiter open ging.

  • F (Fast) voor kleine flitslampen die hun piek na 5ms bereiken. Deze werden vooral door amateur-fotografen gebruikt. Weinig fototoestellen hadden een F-sync aansluiting. Dergelijke flitslampes zullen later gebruikt worden in de flashcubes die samen met de instamatic fototoestellen gelanceerd werden.

  • X (Xenon) electronische flitsers hebben geen vertraging en de lichtpuls duurt minder dan 1ms.

  • FP van "Flat Peak" (en niet Focal Plane): dit zijn flitslampen die een nagenoeg constante lichtintensiteit geven gedurende minstens 20ms. Een speciale construktie zorgt ervoor dat het metaal gelijkmatig verbrand. Deze flitslampen kunnen gebruikt worden met gordijnsluiters (focal plane shutter).

Het richtgetal van magnesiumflitsers ligt hoger dan die van electronische flitsers. De lichtflits duurt ook heelwat langer. Magnesiumflitsers kunnen het beeld daarom niet "bevriezen" zoals electronische flitsers. Zelfs bij niet-Flat Peak duurt de flits tientallen milliseconden (bij Flat Peak is de vorm van de puls een plateau, bij niet-FP iets tussen een Gauss curve en een Poisson verdeling).

De PC-aansluiting verliest echter terrein, studioflitsers en afstandsbedieningen zijn reeds overgeschakeld op de 3.5mm jack aansluiting. Voor de consument is dit een goede zaak, want jack kabels zijn in alle electro-zaken te vinden en veel goedkoper!

Het grafiek toont ons twee belichtingscurves, de eerste van een grote flitslamp die zijn maximale lichtintensiteif bereikt na 30ms, de tweede van een kleine flitslamp (zoals gebruikt in de Magicubes van Kodak) die een maximale lichtintensiteit bereiken na 10ms.

Rechts de gebruiksparameters van de Philips flitslampjes Photoflux AG1. Dit zijn lampjes met een standaard brandduur. De lampjes werden door verschillende fabrikanten gemaakt, maar de eigenschappen waren redelijk identiek zodat men een amerikaanse AG1 lamp kon gebruiken op verplaatsing.

De AG1 lampjes werden veelvuldig gebruikt in flitsreflectoren. Ze konden in goedkopere toestellen van het type "snapshot" gebruikt worden. Deze toestellen hadden een sluitertijd van 1/25 à 1/30 op de flitspositie. Deze toestellen maken optimaal gebruik van de relatief lange belichtingstijd van de lampjes (40m met een piek na 15ms). Toen waren er weinig toestellen met een lensopening van meer dan f/4 en toch was het bereik van de flitser 8 meter voor een filmgevoeligheid van 80ASA (wat toen de normale filmgevoeligheid was).

Voor de andere toestellen geeft men het richtgetal aan: we zien dat die afhangt van de sluitertijd. Bij een tage sluitertijd wordt de volledige lichtpuls gebruikt en heeft men een richtgetal van 40 voor 100ASA. Bij een sluitertijd van 1/125 (die de normale sluitertijd is voor reflextoestellen) is het richtgetal teruggevallen op 25.


De sync-aansluiting op mijn oude Olympus Trip 35


De sync-aansluiting op m'n flitsmeter

Paginas die volgens Google je zouden kunnen interesseren

-