Tussenringen, extenders en converters: aanpassingen aan de lens.
Een oplossing om van je standaard-lens een macro-lens te maken zonder te moeten investeren in specifieke lenzen is gebruik te maken van een tussenring, extender of extension tube (drie benamingen voor hetzelfde). Dit is gewoon een cylinder dat je op de body schroeft. Tussenringen zijn leverbaar in verschillende maten (meestal in kit leverbaar) en je kan ze combineren om zo het geschikte effekt te bekomen. Je moet een kit kopen dat geschik is voor je type fototoestel (merk).
Het effekt van de tussenring is dat je veel dichter bij het onderwerp kan komen (de minimale scherpstelafstand wordt teruggebracht van bijvoorbeeld 1.2 meter naar 30 cm (EF 70-200L), maar je kan niet meer op oneindig scherpstellen. De maximale afstand is teruggebracht tot bijvoorbeeld 3 meter. Je fototoestel is extreem bijziend geworden.
Een pluspunt van een tussenring is dat er geen glas in de ring zit: de optische eigenschappen van de lens blijven dus behouden. De camerafabrikanten maken in de meeste gevallen geen tussenringen (er valt niets te verdienen op een holle cylinder!), je kan ze alternatief op ebay kopen.
Als je een lens met normaal bereik gebruikt kan je scherpstellen op afstand van 5 tot 10 centimeter (veel gemakkelijker en minder beeldfouten), maar de vergroting is niet meer zo geprononceerd.
Bij een echte telelens kan je de minimale scherpstelafstand verminderen (meestal kunnen dergelijke lenzen maar scherpstellen op afstanden van meer dan een meter). Van echte macro-fotografie is hier geen sprake, omdat de vergroting onvoldoende is.
Je kan een extension tube ook gebruiken samen met een echte macro-lens, zoals de EF 100 /2.8 MACRO USM. Het vergrotingseffekt is echter minder uitgesproken, maar je bekomt toch vergrotingen die sterker zijn dan met de macrolens alléén.
De vergroting wordt bekomen doordat je dichter bij het onderwerp kan kopen, en bij sommige lenzen lenzen ook door de beelduitsnede; een exacte "vergroting" is dus niet te bepalen: deze hangt af van de gebruikte lenzen. Meer informatie over tussenringen (met beeldmateriaal) is hier te vinden.
Bij de extension tube van Canon (hier de Canon EF 25 II) worden de electrische signalen van de body overgebracht, zodat de focus motor kan blijven werken (dit is echter van weinig nut bij macrofotografie: je zal merken dat je gemakkelijker de scherpstelling kan bijregelen door het toestel te verplaatsen of door de zoompositie te veranderen). Wat echter wel van belang is, is dat het diafragma blijft werken, waardoor je de scherptediepte tot aanvaardbare waarden kan uitbreiden (/8). Je zit dan wel met sluitertijden van meerdere seconden!
Een paar opmerkingen:
Er is ook geen vignetering omdat de lichtcirkel groter geworden is. De optiek EF-S 18-55 3.5-5.6 die vaak als kit verkocht wordt kan dus op een fototoestel met full size sensor gebruikt worden (enkel voor macrofotografie). Er is wel een kleine hoekonscherpte bij gebruik van deze lens op een body met full size sensor.
Een set tussenringen
De electrische signalen moeten overgebracht worden van de body naar de lenseenheid (autofocus en vooral diafragma).
Een extender maakt als het ware een uitsnede uit het beeld (zoals een digitale zoom dat zou doen, maar hier optisch). Het is dan ook normaal dat je een extender enkel op de allerbeste lenzen kan gebruiken want le lensfouten worden uitvergroot (L-lenzen van Canon).
Zowel tussenring als extender veroorzaken lichtverlies. Met een 1.4 teleconverter verlies je één stop, en dat zal een probleem vormen indien je de extender op /5.6 lenzen gebruikt: autofocussystemen hebben een opening van minstens /5.6 nodig om te kunnen werken, en met de extender is de maximale opening /8 geworden. Een extender is enkel bruikbaar op kwaliteitslenzen (met een opening van bijvoorbeeld /4 op maximale telestand). Maar dan heb je natuurlijk de vraag waarom je niet direkt een telelens gekocht hebt met het geschikte bereik in plaats van je toevlucht te zoeken tot een extender.
Een statief is onontbeerlijk geworden, zelfs bij fotografie overdag: de lange brandpunt gecombineerd met een ongevoelig geworden lens betekent dat je lange sluitertijden zal moeten gebruiken. Om aanvaardbare beelden te bekomen zal je de sensorgevoeligheid moeten optrekken: ben je gewoon te werken op 100ISO, dan zal je 200 of 400ISO moeten gebruiken.
Ik heb uiterst positieve resultaten bekomen met de 3X teleconverter van Nikon (te gebruiken op de coolpix 950-990-reeks). Omdat de objectieflens opvallend groter is, is er geen sprake van lichtverlies (in tegendeel). Ik heb zelfs gemerkt dat de 3X teleconverter van Nikon (TC-E3ED) de optische fouten van het lenssysteem beperkt! Met een dergelijke converter geef je een nieuw leven aan je fototoestel.
Omdat nieuwe modellen compact-toestellen twee maal per jaar uitkomen is de markt van de converters marginaal geworden. Het gros van de compact-toestellen zijn eenvoudige point-en-shoot toestellen, en die kunnen niet uitgerust worden met converters. Omdat de prijs van digitale fototoestellen zo laag geworden is (een middenmoot compact toestel heb je voor 300€), kopen de mensen liever een tweede toestel dat beter aangepast is aan hun eisen dan een converter.
Als je nog over oude converters zou beschikken uit de camera-tijdperk (je weet wel: die VHS recorders met losse schoudercamera): gebruik deze lenzen niet. Hoewel ze er soms heel imposant uitzien, zijn de lenzen onvoldoende gecoat, waardoor er optische vervormingen ontstaan (flares, kleurdenaturatie, vignetering en algemene beeldonscherpte). Wat OK was voor VHS videocamera's is onvoldoende voor digitale fototoestellen die een tienvoudige resolutie hebben.
Er bestaan ook macro-converters voor reflextoestellen. Deze lenzen zou ik niet aanraden, mijn voorkeur gaat naar een extension tube. In tegenstelling met een extension tube zit er hier wèl glas in de converter, en deze is bepalend voor de uiteindelijke beeldkwaliteit (de zwakste schakel, je weet wel...). Bij een extension tube speelt enkel de ...luchtkwaliteit en rol.
-